Veiligheidskeuring
De Veiligheidskeuring vindt plaats in het licht van de wettelijke (technische) eisen, maar met een zeer sterke nadruk op hetgeen een wachtschip kenmerkt: het aan boord hebben van kinderen. Met name op het gebied van veiligheid rondom het aan boord hebben van kinderen gaat de Veiligheidskeuring verder dan de wettelijke eisen.
Het mandaat voor de Veiligheidskeuring is gegund aan de WSC door het bestuur van Scouting Nederland.
Het schema hiernaast (klik om te vergroten) laat zien hoe het proces er ongeveer uitziet en wie welke verantwoordelijkheden heeft. Het spreekt voor zich dat een wachtschip in één keer goedgekeurd kan worden, waarna gelijk een Scoutingcertificaat kan worden verstrekt. De status van het Scoutingcertificaat kan worden gecontroleerd via Scouts Online.
Timing
De maximale door de WSC vastgestelde periode die tussen twee Veiligheidskeuringen mag zitten is 5 jaar. Aangezien elk wachtschip elke vijf jaar tenminste één keer op het droge en één keer in het water moet worden bekeken, is het interval tussen twee keuringen maximaal 3 jaar.
Inhoud
De in overleg met de Scheepvaartinspectie opgestelde en door de Kleine Vlootraad van 30 oktober 1999 vastgestelde, minimale veiligheidseisen waaraan een wachtschip dient te voldoen, vormen de basis voor de Veiligheidskeuring. Naar aanleiding van de veranderingen in de Binnenvaartwet in 2009 zijn deze eisen naar gelang geupdate. De veiligheidskeuring wordt in de regel door minimaal twee keurmeesters uitgevoerd, waarvan één van de twee een aspirant-keurmeester kan zijn.
- De Veiligheidskeuring wordt binnen afzienbare tijd (in de regel twee weken) een keuringsrapport opgeleverd met daarin de aanbevelingen van de keurmeester(s). Dit gaat eventueel vergezeld van een verzoek tot aanvullende informatie, zoals bijvoorbeeld gas-/reddingsvest-/brandblussercertificaten of bewijsmateriaal van uitgevoerde reparaties (zoals foto’s).
De keuringsrapporten zijn alleen voor gebruik in de WSC en de eigen groep. Een rapport wordt in principe aangeboden aan iemand van de groepsraad, eventueel aan de stichting. Indien aan aanbevelingen geen gevolg wordt gegeven kan bij constatering van ernstige veiligheidsrisico's de Regionale Admiraliteit, de evenementenorganisatie/kampleiding of Scouting Nederland op de hoogte worden gesteld.
Scoutingcertificaat
Pas nadat alle gegevens compleet zijn en alle afkeurpunten zijn aangepakt, kan een Scoutingcertificaat worden afgegeven. Dit certificaat wordt door de Secretaris van de WSC opgesteld en ondertekend door een vertegenwoordiger van Scouting Nederland. Uitgevoerde keuringen, de gegevens van het wachtschip, de datum en de uitslag van de keuring worden opgenomen in het registratiesysteem van Scouting Nederland (ScoutsOnline). De registratie hiervan geschiedt door een lid van de WSC.
Bezwaar maken tegen uitgevoerde Veiligheidskeuring
De aanvrager van de Veiligheidskeuring kan bezwaar aantekenen tegen het uitgebrachte Keuringsrapport. Dit bezwaar dient binnen 2 weken na verstrekking van het Keuringsrapport per email te worden ingediend bij de voorzitter van het eigen rayon. De voorzitter kan in overleg met de voorzitter Wachtschepencommissie en aanvrager van de Veiligheidskeuring overgaan tot een herkeuring.
De herkeuring wordt door twee andere keurmeesters uitgevoerd, bij voorkeur van een ander rayon. De daaropvolgende uitspraak van de WSC is bindend.
Certificaat van Onderzoek (CVO)
Het Certificaat van Onderzoek is een wettelijke keuring voor schepen van 20 meter en langer. Register Holland voert de CvO keuring uit, met een frequentie van één keer per vijf jaar - tenzij in de tussentijd een grote verbouwing heeft plaatsgevonden (nieuwe motor, verlenging/inkorting). Dit is een droge keuring, waarvoor het schip dus op de werf moet liggen.
Timing
Ieder wachtschip moet voor 30 december 2018 een eerste certificaat aanvragen om in aanmerking te komen als bestaand schip. Wachtschepen die pas na 30 december 2018 een eerste certificaat aanvragen, moeten volledig aan de eisen voldoen voor een nieuw schip. Wanneer groepen wel eens naar het buitenland gaan (bijv. naar Duitsland of België) wordt sterk aanbevolen om een geldig certificaat aan boord te hebben.
Inhoud
Voor bestaande pleziervaartuigen kan een certificaat afgegeven worden als het schip niet geheel aan de nieuwe Europese Richtlijn voldoet, op voorwaarde dat er geen 'klaarblijkelijk gevaar' is. Het certificaat wordt dan voorzien van een bijlage, waarin is aangetekend aan welke wettelijke eisen het schip niet voldoet. Er is sprake van 'klaarblijkelijk gevaar' wanneer niet aan de voorschriften voor de structurele eigenschappen van het vaartuig, de vaar- en manoeuvreereigenschappen of de veiligheid aan boord wordt voldaan (bijv. door het ontbreken van de benodigde certificaten).
Team Wachtschepen adviseert om ruim voorafgaande aan de CvO-keuring een Veiligheidskeuring uit te laten voeren, omdat het voldoen van het schip aan de CvO-richtlijnen dan ook wordt beoordeeld. Tijdens deze keuring geven we ook advies over mogelijkheden om de veiligheid en functionaliteit aan boord te verbeteren.
De minimale eisen voor een bestaand pleziervaartuig
- Cascosterkte en huiddikte; hiervoor moet het schip droogstaan. Register Holland inspecteert het casco en maakt hierbij een vlakrapport op. (Wanneer er al een casco-inspectie heeft plaatsgevonden, wordt deze geaccepteerd als deze niet ouder is dan twee jaar en door een erkend bureau is uitgevoerd, zie ook Vlakdiktekeuring)
- Stuurinrichting (inclusief stuurautomaat indien aanwezig)
- Vrij zicht vanuit de stuurpositie (naar voren, maar ook naar achteren!)
- Anker inrichting (operationeel)
- Marifoon verbinding/bediening
- Gasinstallatie aan boord; gekeurd door erkend installateur
- Brandveiligheid (o.a. gekeurde brandblussers)
- Reddingsmiddelen (reddingsvesten en boeien)
- Manoeuvreereigenschappen; deze kunnen door de surveyor aan boord worden beoordeeld of met een proefvaart worden aangetoond.
Geldigheidsduur
Bestaande schepen of schepen waarvoor het certificaat verlengd moet worden, krijgen een certificaat dat 7 jaar geldig is. Bij tussentijdse ingrijpende verbouwingen kan het nodig zijn om een herkeuring aan te vragen (bijv. bij verlenging van het schip, een nieuwe inrichting of het plaatsen van een andere motor).