Pesten
Pesten kan overal voorkomen, ook bij Scouting. Als leidinggevende wil je er natuurlijk voor zorgen dat kinderen zich veilig voelen en zichzelf kunnen zijn. Het zorgen voor een omgeving waarbinnen vrijwilligers en jeugdleden op een respectvolle manier met elkaar omgaan, is hierbij erg belangrijk. In de trainingen en kompassen voor leiding (Beverkompas, Welpenkompas, Scoutskompas en in de Explorergids) wordt ingegaan op pesten en hoe je het kunt voorkomen.
Meer informatie over pesten en de preventie hiervan vind je ook in het
infoblad Pesten
. Het beste is natuurlijk om ervoor te zorgen dat de sfeer in de groep zo goed en gezellig is, dat er geen pestgedrag voorkomt. In zo'n omgeving heeft iedereen respect voor elkaar en laten de scouts elkaar in hun waarde. Om meer aandacht te besteden aan respect binnen jouw speltak, kun je bijvoorbeeld gebruik maken van het spel Be cool!
Overige informatie
Er is veel informatie beschikbaar op internet en bij andere organisaties over pesten en hoe je het kunt voorkomen:
- Kijk eens op de pestpagina op de website van het Nederlands Jeugd Instituut. Het is wel gericht op scholen, maar ook voor Scoutinggroepen staat er veel bruikbare informatie. Klik hier om naar de website van het NJI te gaan.
- De Belgische collega’s hebben ook veel bruikbare informatie over het voorkomen van pesten. Een leuk spel is ‘TOKTOK, herrie in het hok’. Dit spel gaat over pestgedrag en heeft ook een link met social media.
Kindermishandeling
Soms is er het vermoeden dat een kind mishandeld wordt. Vaak durven kinderen die mishandeld worden hier niet over te praten. Daarom is het belangrijk dat mensen in hun omgeving de mishandeling opmerken en actie ondernemen.
Als je je zorgen maakt over een kind of kindermishandeling vermoedt, kun je terecht bij Veilig Thuis. Veilig Thuis is te bereiken op telefoonnummer 0800-2000 (24/7, gratis). Het is verstandig om ter voorbereiding van een gesprek met Veilig Thuis contact op te nemen met het landelijk servicecentrum. Hier kunnen professionele medewerkers je helpen om een goed gesprek met Veilig Thuis te realiseren.
Je kunt het stappenplan uit de handleiding
Omgaan met signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling
gebruiken als er binnen je speltak een vermoeden is van kindermishandeling. De
signalenkaart
kan je helpen om signalen op waarde te schatten. Beide producten zijn ontwikkeld door Steunpunt Scouting Overijssel in samenwerking met Kadera.
Voor meer informatie over kindermishandeling kijk je op de website van Veilig Thuis, op www.kindermishandeling.nl (voor kinderen en jongeren) of www.kindermishandeling.info (voor volwassenen).
In veilige handen
Een veilige omgeving is belangrijk. Zeker binnen Scouting, waar je met minderjarigen werkt. Dit betekent dat, naast de aanwezigheid van een fysiek veilige (speel)omgeving en veilige materialen, alle leden zich ook veilig moeten kunnen voelen.
Grensoverschrijdend gedrag is een lastig onderwerp. Geen enkele Scoutinggroep hoopt dat het gebeurt. En juist daarom is het van belang dat erover gesproken wordt. Als groep heb je de taak het onderwerp op de agenda te zetten en de kans op grensoverschrijdend gedrag te verkleinen. Openheid en preventief beleid helpen hierbij. Het stappenplan hieronder is onderdeel van het landelijke programma 'In veilige handen' en kan je helpen om achter de schermen alles zo te regelen dat minderjarigen echt in veilige handen zijn binnen het vrijwilligerswerk.
Stap 1: Zet het onderwerp op de agenda
Het voorkomen van grensoverschrijdend gedrag is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van alle betrokkenen in je groep. Een eerste stap is het bespreekbaar maken van het onderwerp.
Stap 2: Stel omgangsregels vast
Een manier om een veilige omgeving en een open gesprekssfeer te creëren, is het actief hanteren en uitdragen van omgangsregels, die gelden voor iedereen die betrokken is bij je groep. Een hulpmiddel om omgangsregels vast te stellen, vind je hier. Er is ook een speciaal
infoblad
opgesteld over dit onderwerp.
Stap 3: Pas de gedragscode toe
De gedragscode geeft grenzen aan in het contact met minderjarigen. Deze code dient door iedereen die een functie binnen je Scoutinggroep vervult, te worden onderschreven. De
gedragscode van Scouting Nederland vind je hier
. Een hulpmiddel om de gedragscode bespreekbaar te maken, vind je op de website van de NOV.
Stap 4: Maak een risicoanalyse
Kijk wie veel met minderjarigen werkt, op welke momenten en in welk kader. Ga na waar je risico’s voorziet en welke maatregelen je wilt treffen om de organisatie veiliger te maken. Meer informatie over het maken van een risicoanalyse vind je hier.
Stap 5: Stel een vertrouwenspersoon aan
Stel een interne of externe vertrouwenspersoon aan waar vrijwilligers, jeugdleden en ouders terecht kunnen. Meer informatie over vertrouwenspersonen.
Stap 6: Selecteer je vrijwilligers zorgvuldig
Vraag tijdens kennismakingsgesprekken naar de motivatie van vrijwilligers om met minderjarigen te werken en check referenties. Laat vrijwilligers een VOG overleggen en bespreek de gedragscode. Het aanvragen van een VOG is voor Scoutingvrijwilligers verplicht, het aanvragen is gratis.
Stap 7: Ken het Protocol grensoverschrijdend gedrag
In het
Protocol grensoverschrijdend gedrag
staat wat je moet doen en laten in geval van (vermoedens van) grensoverschrijdend gedrag.
Stap 8: Zet afspraken op papier en pas reglementen aan
De gedragscode, de verplichte aanvraag van een VOG en het
Protocol grensoverschrijdend gedrag
zijn onderdeel van het huishoudelijk reglement van Scouting Nederland. Leg aanvullende afspraken die je op groepsniveau maakt daarom vast in je eigen reglementen.
Stap 9: Train je vrijwilligers
Je vrijwilligers moeten weten hoe ze op een veilige manier met minderjarigen om kunnen gaan; waar liggen de grenzen in het contact en wat moeten ze doen wanneer ze grensoverschrijdend gedrag signaleren in de organisatie? Beide onderwerpen zijn onderdeel van de startkwalificaties binnen Scouting Academy en het is mogelijk om hiervoor trainingen te volgen op landelijk of regionaal niveau. Interesse? Bekijk hier de evenementen- en trainingskalender.
Stap 10: Veilige omgeving creëren (en behouden)
Ga met de verbeterpunten die uit de risicoanalyse naar voren zijn gekomen aan de slag. Om meer aandacht te besteden aan het veiliger maken van de Scoutingomgeving en het hebben van respect voor elkaar, kun je onder andere het spel Be cool! spelen.
Stap 11: Haak aan bij het gezamenlijk tuchtrecht
Diverse vrijwilligersorganisaties streven ernaar om op landelijk niveau een gezamenlijk tuchtrecht te hebben zodat overtreders overal op dezelfde wijze gesanctioneerd worden. In de landelijke raad van december 2014 heeft Scouting Nederland besloten aan te sluiten bij de Stichting Tuchtrecht Vrijwilligerswerk, om tuchtrecht landelijk te regelen. Op dit moment kent Scouting Nederland in haar huishoudelijk reglement al diverse maatregelen tegen vrijwilligers die over de schreef gaan.
Stap 12: Doe mee met het registratiesysteem
Vrijwilligers die binnen of buiten Scouting over de schreef zijn gegaan, worden opgenomen op de
registratielijst
van de vereniging. Voor hen is lidmaatschap van Scouting Nederland niet meer mogelijk.
Stap 13: Informeer betrokkenen
Betrek je vrijwilligers, ouders en eventuele andere betrokkenen bij de besluitvorming en implementatie van de stappen om je groep veiliger te maken.
Ondanks alle maatregelen die je als groep neemt, kan het nog steeds mis gaan. Informatie over wat te doen bij een melding of vermoeden van grensoverschrijdend gedrag en de hulp die Scouting Nederland hierbij kan bieden, vind je hier.
Veel informatie kun je ook vinden op de website 'In veilige handen'.